De afspraken zijn een nieuw startpunt voor een gezamenlijke aanpak van de woningbouwopgave. Met de woondeal leggen gemeenten, woningcorporaties, provincie en Rijk de hoeveelheid te bouwen woningen en het aandeel sociale en betaalbare woningen vast. Op basis van deze afspraken slaan corporaties, bouwers, gemeenten, regio, provincie en Rijk de handen ineen om als partners de woningbouwopgave aan te pakken.
Betaalbare woningen grootste prioriteit
In totaal is nu afgesproken dat er in de Gelderse gemeenten van de regio Stedendriehoek de komende jaren 17.000 woningen gebouwd gaan worden. Gemeente Apeldoorn neemt met de bouw van 8800 woningen de helft van de woningbouw in de regio voor hun rekening, waarvan 6700 betaalbare woningen. Dit zijn zowel sociale huurwoningen als betaalbare koopwoningen. Eva Boswinkel, wethouder gemeente Zutphen en portefeuillehouder wonen van Regio Stedendriehoek: ‘Ook in onze regio moet je lang wachten op een betaalbare woning. Daarom spreken we in deze woondeal met elkaar af dat minstens 70% van alle te bouwen woningen tot 2030 betaalbaar moeten zijn. Niet alleen in Apeldoorn, ook in Brummen, Epe, Heerde, Voorst, Lochem en Zutphen bouwen we sociale huurwoningen en betaalbare koopwoningen.’
Woningcorporaties solide partner
Rob van Beek, namens de corporaties van de regio Stedendriehoek vult aan: ‘In deze woondeal wordt de bouw van een fors aantal huizen afgesproken. De woningcorporaties ondersteunen de woondeal van harte en gaan zo’n 30% daarvan realiseren. Soms zullen we hobbels moeten nemen om voldoende tempo te maken en plannen financieel haalbaar te maken. Wij willen daarin een solide partner zijn. Samen zetten we de schouders eronder.’ Deventer, dat als gemeente onderdeel is van provincie Overijssel en daardoor buiten deze woondeal valt, bouwt nog eens 7000 woningen tot 2030. Het totaal aantal in Regio Stedendriehoek komt daarmee op 24.000 woningen.
Ruimte zoeken in of bij de bebouwde omgeving
Geschikte bouwgrond is schaars, ook in Regio Stedendriehoek. Uitgangspunt is de groene ruimte zoveel mogelijk te behouden. Daarom kiezen de gemeenten vooral voor bouwlocaties die in of bij bestaande bebouwde omgeving liggen: inbreiden vóór uitbreiden en bij uitbreiden kwalitatief inpassen in de omgeving. Dit komt bijvoorbeeld tot uiting in de ontwikkeling van spoorzones in Apeldoorn, Zutphen en Voorst, waar wordt ingezet op gemengde woonmilieus in hogere dichtheden.
Volgende stappen
Om alle woningbouw te kunnen realiseren, gaat de regio in gesprek met Rijk en provincie over randvoorwaarden zoals stikstofruimte, financiële bijdragen in projecten in de bebouwde omgeving en extra capaciteit voor de uitvoering. ‘Extra woningen zorgen voor meer mogelijkheden voor onze eigen inwoners en het aantrekken van nieuwe bewoners. Daar moeten we wel op ingericht blijven,’ legt Eva Boswinkel uit. ‘We zullen daarom moeten investeren in onze bereikbaarheid en ervoor zorgen dat we onze goede regionale voorzieningen op peil houden. Daarvoor zullen we ook met het Rijk en de provincie om tafel moeten.’
Zo snel mogelijk de schop in de grond
Elke gemeente heeft in de woondeal één of meerdere sleutelprojecten die noodzakelijk zijn voor het behalen van het genoemde aantal woningen. Dit zijn bijvoorbeeld de centrumontwikkeling in Heerde, Elzenbos II en III in Brummen, Kern Vaassen in Epe en het acht-kernen plan in Lochem. ‘Voor deze sleutelprojecten hebben we alvast de knelpunten in kaart gebracht, zodat we zo snel mogelijk afspraken kunnen maken met Rijk en provincie over de aanpak hiervan,’ aldus Boswinkel, ‘En dan gaan wat mij betreft zo snel mogelijk de schoppen in de grond.’