Regionale samenwerking van plant tot pand

21 november 2024

Met de Deal BioBased (Ver)Bouwen 30-30-30 zullen de komende jaren steeds meer woningen ver- en gebouwd worden met natuurlijke materialen. Een deel van deze grondstoffen worden in onze regio verbouwd. We gaan dus steeds meer vezelgewassen op de akkers zien, die na bewerking als dakisolatie of plaatmateriaal in woningen gebruikt gaat worden.

Hennep als isolatie

‘Hier groeien huizen!’ Op een aantal plekken in de regio stonden deze zomer spandoeken bij percelen met vezelhennep. ‘Het is wel gebeurd dat voorbijgangers de boer aanspraken op de wietlucht,’ lacht Carmen Oude Wesselink, ketenregisseur van het project Boeren voor Biobased Bouwen. Maar deze hennep is niet geschikt om te roken. Vezelhennep kan net als stro, vlas en olifantsgras verwerkt worden tot biobased bouwmaterialen; producten gemaakt van natuurlijke grondstoffen die terug groeien. De toepassing hiervan levert veel voordelen op. ‘Hennep is uitstekend isolatiemateriaal, zoals voor het dak. Het zorgt voor een prettig leefklimaat omdat het vochtregulerend is. Daarnaast is het voor bouwvakkers veel prettiger om mee te werken. Zij hoeven geen beschermende maatregelen te nemen bij de verwerking, wat je bijvoorbeeld bij glaswol wel moet doen,’ legt Carmen uit. Doordat de hennep heel snel groeit (in slechts 90 dagen), zijn er geen bestrijdingsmiddelen nodig, bij de groei neemt het veel CO2 op en de bodem- en waterkwaliteit wordt verbeterd door de diepe wortels.

Biobased bouwmaterialen is een groeiende markt. Pouwel Inberg, wethouder van gemeente Brummen: ‘Er wordt natuurlijk al biobased gebouwd in de Stedendriehoek. Het gemeentehuis van Voorst is volledig in kalkhennep gebouwd, de nieuwe Markthal in Apeldoorn is van hout en in de gemeente Brummen bouwt woningcorporatie Veluwonen komend jaar een aantal rijtjeswoningen met biobased materialen. Dit zijn slechts een paar voorbeelden in onze regio. Maar om tot een volhoudbare leefomgeving te kunnen komen moet er wel meer gebeuren.’

Vraag verhogen

Om de omslag van traditioneel naar biobased bouwen te stimuleren is het nodig dat zowel vraag als aanbod worden verhoogd. De afgelopen jaren heeft Carmen zich met het project Boeren voor Biobased Bouwen in regio Stedendriehoek ingespannen om zowel het aanbod van teeltgewassen als de toepassing van biobased bouwmaterialen aan te jagen. In de regio gaat het bij de teelt vooral om hennep, dat op de zandgronden en de beken hier goed gedijt. ‘Bovendien past het goed als rustgewas in een bouwplan van de agrariërs,’ zegt Carmen. ’Loonwerkbedrijf Hofmeijer Voorst is onze agrarische specialist binnen het project, die veel kennis heeft opgebouwd over deze teelt en dit via het project met agrariërs in de regio deelt.’

Voor boeren is het een uitstekend rustgewas omdat het makkelijk is om eenmalig te telen. Daarnaast is het dankzij zijn diepe wortels, die de grond losmaken, een verbeteraar van de bodem: het water kan hierdoor beter opgenomen én afgevoerd worden en het heeft een zuiverende werking. Ook voor boeren die willen stoppen met vee- of akkerteelt is het (laten) verbouwen van hennep een interessant alternatief waar veel belangstelling voor is. Op deze wijze behoud men de grond en heeft men toch een verdienmodel. Carmen: ‘We zijn begonnen met het verbouwen van 60 hectare in de regio,  afgelopen jaar was het 120 hectare en komend jaar hebben we de wens om naar 240 hectare door te groeien.’

Er zijn fabrieken die de hennep kunnen verwerken tot bouwmaterialen en ook veel bouwers zijn klaar om hiermee aan de slag te gaan. Pouwel: ‘Tijdens projecten blijken bouwvakkers enthousiast te zijn over de biobased materialen. Van hennepisolatie krijgen zij bijvoorbeeld geen jeuk en het slaat niet op je adem zoals glas- of steenwol doet. Daarnaast zie je dat conceptueel bouwen de toekomst is, en daar passen biobased materialen naadloos in. Tien grote landelijke bouwers geven nu al aan dat in 2030 hun concepten met minimaal 30% biobased materialen kostenneutraal kunnen worden geleverd. Maar ook onze regionale bedrijven zijn er volop mee bezig. Ofwel, de aanbodkant is steeds meer klaar om een de omslag naar biobased te maken. Nu komt het erop aan de vraag aan te jagen. Zolang de opdrachtgevers, zoals woningcorporaties, ontwikkelaars en gemeenten van biobased geen belangrijk punt maken in hun eisen, blijft het proces steken. En daar gaan we, vanwege de woningbouwopgave en verduurzaming in de regio, verandering in brengen met Deal Biobased (Ver)Bouwen.’

De lat hoger

Om de toepassing van biobased bouwmaterialen te versnellen wordt op 6 december, tijdens de Klimaattop Vallei en Veluwe, de Deal Biobased (Ver)Bouwen getekend. In de Stedendriehoek spreken een aantal gemeenten, woningcorporaties en het waterschap een gezamenlijk doel af: in 2030 wordt minimaal 30% biobased materiaal gebruikt bij 30% van de nieuwbouw of verduurzaamde woningen. ‘Het is geen harde eis waar we aan het eind op afgerekend worden. Maar wel een ambitie die we allemaal proberen waar te maken,’ legt Pouwel uit. ‘We moeten verduurzamen en hebben een grote woningbouwopgave. Alle organisaties zien het belang van toekomstbestendig bouwen. Maar er is binnen de organisaties nog te weinig kennis aanwezig op dit thema, en dat geeft soms angst of weerstand.’
Zo bestaan er best wat vooroordelen over biobased materialen. Carmen: ‘Dat het duurder is en dat het voor de bouw vertragend werkt. Dat proberen we allemaal te weerleggen. Ook worden er veel vragen gesteld over de brandveiligheid, dus zorgen we dat er certificaten komen die dat aantonen. Dit behoort tot de doelen waaraan landelijk wordt gewerkt door Building Balance vanuit de Nationale Aanpak Biobased Bouwen. We delen deze kennis met alle bedrijven die met deze materialen gaan werken. Erg belangrijk, want de opdrachtgever eist doorgaans wel garanties van de uitvoerende partij.’

Vliegwiel

Building Balance, waar Boeren voor Biobased Bouwen als een van de 15 regionale ketenprojecten onderdeel van uitmaakt, ondersteunt alle partijen bij het werken aan de biobased ambities met kennis en netwerk. Pouwel: ‘Denk aan scholing voor gemeenten of woningcorporaties zodat ze een goede uitvraag kunnen maken. Zodat je aan een aannemer duidelijk kan maken wat het opgeleverde resultaat moet zijn. En ook de aannemer wordt geholpen bij het maken van het beste aanbod op de vraag. Hierdoor krijg je wat je vraagt en ontstaat er geen verschil van interpretatie. Wat de ene gemeente aan ervaring opdoet, deelt die zodat andere gemeenten de nieuwe kennis direct  kunnen toepassen. Dat komt de opschaling ten goede. Daarmee komt er een beter verdienmodel voor boeren en ook een lagere prijs voor de materialen. Zo ontstaat het vliegwiel dat we beogen.’

Zelf biobased bouwmateriaal gebruiken

Particulieren kunnen hun huis ook verduurzamen met biobased materialen. ‘De energieloketten van de gemeenten bieden ook biobased materialen, waarvoor je nu al een extra subsidie kunt ontvangen als je dit toepast via een aannemer,’ vertelt Carmen. Ze glimlacht: ‘We werken in de  volle breedte aan een duurzame wijze van bouwen en verbouwen. Biobased materialen zijn nu al volop via diverse webshops beschikbaar en het is een kwestie van tijd totdat het ook bij alle bouwmarkten in de schappen zal liggen.’