De landelijke Week van de Circulaire Economie ging vorige week in onze regio van start bij Diep op het Zwitsalterrein in Apeldoorn. Collega Nina Dorigo organiseerde een interactieve workshop over gedragsverandering. Dit met als doel ondernemer, inwoner en consument aan te zetten tot het actief meedoen in een circulaire economie. De hele week vonden er landelijk verschillende activiteiten plaats om zowel grote als kleine initiatieven te stimuleren richting een circulaire economie.
Ruim 40 deelnemers van verschillende bedrijven volgden de workshop over duurzame gedragsverandering. Vertegenwoordigers van bedrijven als Circulus, gemeente Deventer, Pantry, Zero Waste Apeldoorn en Lagemaat waren aanwezig en hadden ook casussen ingebracht uit hun eigen werkveld. Geïnteresseerden waren psychologen, masterstudenten en marketeers, alsook lokale bedrijven en anderen. Theorie en interactieve werksessies wisselden elkaar af om de ingebrachte casussen verder te helpen.
Gedragsbureau Duwtje uit Zutphen nam ons mee in hun theorie over gedragsverandering en hoe je duurzame keuzes kunt bevorderen met specifieke gedragstechnieken. Zo kan de beïnvloeding van gedrag plaatsvinden via geur, geluid en signalering. Om mensen te bewegen naar ander gedrag, is het eerst cruciaal om het gewenste gedrag te bepalen, het zogenaamde doelgedrag. Met dit inzicht kan een denkbeeldige eindsituatie worden gecreëerd, waarna de route naar dit doelgedrag kan worden uitgestippeld, bij voorkeur in kleine stappen.
Verschillende thema’s kwamen aan bod, zoals lokaal boodschappen doen, het hergebruik van tweedehands sanitair, het langer gebruiken van kleding, het (laten) repareren van kapotte apparaten in plaats van ze weg te gooien en het stimuleren van de aanschaf van lokaal geteeld biobased isolatiemateriaal.
Na het bepalen van het gewenste gedrag bruiste het van de creativiteit. Er ontstonden ludieke ideeën en slogans. Om mensen bewust te maken van het feit dat tweedehands sanitair niet vies is. Sterker nog; ‘je zit echt maar één keer op een splinternieuwe pot’. Na het eerste gebruik, is de pot al niet nieuw meer.
Een ander idee: ‘verdubbel het buurtbudget als je spullen van de afvalberg redt’ . Buurtbewoners aanmoedigen om oude apparaten samen te verzamelen en weg te brengen naar een circulair ambachtscentrum in plaats van weg te gooien. Zo stimuleer je recycling.
Om mensen te bewegen om hun kleding langer te dragen, werd een spiegel bedacht met de boodschap ‘Je ziet er geweldig uit’. Met als doel dat mensen minder kledingstukken per jaar kopen. Per jaar koopt de gemiddelde Nederlander 46 kledingstukken. Voor het stimuleren van gebruik van lokaal geteeld isolatiemateriaal werd voorgesteld om de talloze voordelen van biobased materiaal in de bouwmarkten met een informatiebord aan te prijzen en te laten zien uit welke plaats in de regio het materiaal vandaan komt.
Om lokale boeren te steunen, onnodige voedselkilometers te voorkomen en zelf kwalitatief betere producten te kopen, werd de slogan ‘het nieuwe normaal, koop lokaal’ bedacht. Mensen aanmoedigen om zoveel mogelijk producten lokaal te kopen. Een idee hiervoor is om boodschappenlijsten te ontwerpen met een splitsing tussen ‘lokale producten’ en ‘overige producten’. Zo haal je primair je voedsel lokaal (bij de boer) en ga je voor overige boodschappen naar de grotere supermarkten.
De middag bracht inspirerende inzichten over wat elk individu kan bijdragen aan verandering. Zoals een ondernemer opmerkte: ‘Dit bevestigt dat we op de goede weg zijn. We moeten anders kijken en ‘out of the box’ denken om de circulaire economie te bevorderen’. Een belangrijk inzicht bij iedereen was het belang van het in gang zetten én vieren van de kleine stapjes die het bedrijf of consument zet. Deze dragen zeker bij aan het einddoel. De workshop was zo’n klein stapje richting meer aandacht voor gedragsverandering in de transitie naar een circulaire samenleving. De aanwezige organisaties gaan met kennis en enthousiasme verder om de creatieve oplossingen in de praktijk te brengen.